Centrale toetsen worden bijna overal ter wereld gebruikt, maar niet in Vlaanderen. Gek genoeg zijn we zo afhankelijk van buitenlandse en fragmentaire steekproeven – zoals het Programme for International Student Assessment (PISA) – om te weten hoe ons eigen onderwijs evolueert. Verschillende onderwijskoepels hebben wel eigen testen, maar die maken elke Vlaanderenbrede vergelijking onmogelijk. Er is geen instrument om objectief zicht te krijgen op de leerwinst van elke leerling. Dat betekent ook dat we in deze coronatijden maar moeilijk in kaart kunnen brengen welke leerlingen in welke scholen nu hoeveel leerachterstand opgelopen hebben.

Onafhankelijke instantie stelt proeven op

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts stelt nu een academisch steunpunt aan om ook voor onze scholen centrale toetsen te ontwikkelen. Het gaat om een speciaal voor deze opdracht opgezet samenwerkingsverband van de vijf Vlaamse universiteiten (UGent, KU Leuven, VUB, UAntwerpen en UHasselt) en twee hogescholen (AP Hogeschool en Arteveldehogeschool) onder leiding van professor Johan van Braak (UGent). Een onafhankelijke jury heeft dit consortium geselecteerd na een open oproep. Het consortium zal als onafhankelijke instantie gestandaardiseerde, genormeerde, gevalideerde en net- en koepeloverschrijdende proeven uitwerken. De onderwijsverstrekkers worden betrokken in een klankbordgroep, zodat het eindresultaat gedragen is door het hele onderwijsveld.

In heel Vlaanderen vinger aan de pols houden

“Hier wordt veel academische expertise in de strijd gesmeten”, zegt minister Weyts. “We willen garanderen dat de centrale toetsen van hoge kwaliteit zijn. Alleen dan kunnen we in heel Vlaanderen de vinger aan de pols houden. We zullen nauwkeurig kunnen meten in hoeverre de leerlingen de eindtermen echt beheersen en in hoeverre scholen erin slagen om leerwinst te boeken. We moeten dit doen om de kwaliteit van ons onderwijs te beschermen.”

Eerste gecentraliseerde toetsen in 2023

De centrale toetsen zullen bij alle Vlaamse leerlingen afgenomen worden op twee momenten in het lager onderwijs en aan het einde van de eerst en derde graad van het secundair onderwijs. De toetsen zullen in eerste instantie focussen op Nederlands (begrijpend lezen, schrijven, grammatica) en op Wiskunde. In het secundair onderwijs moeten de gecentraliseerde toetsen voor het eerst afgenomen worden in 2023, het lager onderwijs volgt in 2024.