Leerkrachten en schooldirecteurs gaan gebukt onder soms overbodige administratieve lasten en verantwoordingsdruk. In zowat alle scholen worden steeds dikkere pakken papier bijgehouden over elke leerling en elke beslissing. Die ‘planlast’ vreet aan de motivatie en arbeidsvreugde van onze leerkrachten. Door de planlast te verminderen wordt het lerarenberoep aantrekkelijker en versterken we in de onderwijskwaliteit. Leerkrachten krijgen dan immers meer ruimte voor hun echte kerntaak: goed lesgeven.

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts komt nu met een pakket maatregelen om alle bronnen van overbodige administratieve lasten en verantwoordingsdruk in het onderwijs aan te pakken.

Bron 1: de overheid

Weyts steekt de hand in eigen boezem en erkent dat de Vlaamse overheid zelf in de voorbije decennia één van de bronnen van planlast is geweest.

  • Daarom schrapt hij in totaal meer dan 100 artikelen in de onderwijsregelgeving: veelal verouderd en achterhaald.
  • Er worden ook enkele CLB-verplichtingen geschrapt, zodat scholen bepaalde adviezen niet altijd meer verplicht moeten verkrijgen.

De eerste zuivering van de regelgeving kreeg gestalte in een speciaal schrappingsdecreet. Die oefening wordt regelmatig herhaald in opvolgdecreten, die alleen maar regelgeving schrappen in plaats van bij te creëren.

Bron 2: de doorlichtingen

Scholen houden ook veel documenten bij om tijdens een doorlichting voor te kunnen leggen aan de Onderwijsinspectie. Hierover bestaan echter veel misverstanden: scholen houden vaak veel meer bij dan wat eigenlijk gevraagd wordt. Weyts maakt nu duidelijker dat veel administratie niet volgt uit de regelgeving. De Vlaamse overheid gaat daarom duidelijker communiceren over wat ‘Brussel’ nu eigenlijk echt vraagt aan de school. Zo is het veel duidelijker wat allemaal achterwege kan blijven.

  • Er is een nieuwe ministeriële omzendbrief die oplijst welke documenten de Onderwijsinspectie aan scholen kan vragen: alle andere paperassen mogen weg.
  • Er komen ook affiches die de scholen kunnen ophangen in de leraarskamer, zodat alle leerkrachten zicht krijgen op wat wordt verwacht en wat vervalt.

Bron 3: de ouders

Scholen houden vaak ook dikke dossiers bij uit vrees voor eventuele juridische procedures van ouders die het niet eens zijn met een gemotiveerde evaluatiebeslissing van de klassenraad.

  • Daarom heeft Weyts opgenomen in de regelgeving dat de bewijslast ligt bij de ouders die zich niet kunnen vinden in bijvoorbeeld het B- of C-attest van hun kind en een procedure aanspannen.
  • Als er toch nog een rechtszaak van komt, dan is er nu een juridisch fonds om de gerechtskosten te helpen dragen voor de scholen.

Bron 4: de vele andere structuren binnen en buiten onderwijs

Er is ook veel planlast die gecreëerd wordt door de school zelf, de koepel waartoe de school behoort, de lokale overheid of een van de vele andere structuren binnen en buiten het onderwijs. De Onderwijsinspectie zal scholen die dat willen daarom begeleiden om alle resterende planlast in kaart te brengen met de planlastcalculator: een ondersteunend instrument waar scholen vrijblijvend gebruik van kunnen maken.

“We binden nu de strijd aan met de planlast, maar dit wordt een werk van lange adem”, zegt Weyts. “De onderwijsregelgeving lijkt soms op een oerwoud vol papieren tijgers. Terwijl leerkrachten bezig moeten zijn met kennisoverdracht en niet met eindeloze registratie en rapportering.”